Spiegel


Özcan Akyol is schrijver, columnist, radio- en televisiepresentator en programmamaker

We hebben de pandemie, min of meer, van ons afgeschud, met de hoop dat we in het najaar, als het griepseizoen weer begint, geen nieuwe varianten krijgen. Het was een leerzame tijd. Ik ben nu een volwassen man, die zijn eigen boontjes kon doppen, maar ik dacht vaak: hoe zou mijn leven eruitzien als ik dat virus als kind moest meemaken? Dat had een hoop problemen opgeleverd. Onze kinderen, van vier en zes jaar, kregen kleine taakjes van hun juffen die ze digitaal op een computer moesten doen. De school ging er gemakshalve vanuit dat iedereen ouders heeft die een apparaat kunnen betalen. Bij ons had dat vroeger geheid problemen opgeleverd: mijn ouders werkten allebei en ontvingen een minimumloon. Voor luxe was er geen cent, voor eten nauwelijks. Dus wanneer we over wezenlijke zaken praten, zoals kansengelijkheid, weet ik zeker dat zij geen laptop zouden kunnen betalen. Kortom: wij zouden de dupe worden en leerachterstanden oplopen, enerzijds doordat ze geen geld hadden, anderzijds door hun digitale onkunde.

Er gebeurt, in korte tijd, zoveel dat het logisch is dat we bepaalde zaken vergeten. Maar ik weet nog dat vlak voor de pandemie ziekenhuispersoneel, leraren, politieagenten en vakkenvullers demonstreerden over hun salariëring. Er werd zelfs gekscherend gezegd dat er elke week wel een groep naar het Malieveld ging – allemaal boos, iedereen verongelijkt. Maar ze hadden gelijk. Tijdens de coronacrisis bleken juist deze beroepsgroepen essentieel om de boel nog enigszins draaiende te houden, ondanks weinig waardering van de verschillende werkgevers. Mijn moeder zou met doodsangsten elke avond opnieuw een polikliniek in het ziekenhuis moeten schoonmaken, terwijl wij thuis moesten hopen dat haar niets overkwam.

U begrijpt hopelijk: deze column gaat niet over mij. Deze column gaat over een maatschappij die veel te lang blind is geweest voor de beresterke en tegelijkertijd kwetsbare groepen in onze samenleving. Als ze niet werden ondergewaardeerd, zagen teveel werknemers en beleidsbepalers ze wel over het hoofd. Daar kan je rancuneus van worden, als het je overkomt. Het lijkt mij veel beter, nu het momentum er is, dat óok vaker het verhaal wordt verteld van die sectoren die dit land overeind houden. Nederigheid is altijd een goede eigenschap. Maar niet als anderen over je heen lopen vanwege banale zaken als efficiency. De pandemie was ook een spiegel voor de maatschappij. Wat we terugkregen, zag er niet zo fraai uit. Tijd om de boel grondig schoon te poetsen.