MR’en: geef intern advies voor het openen van jullie school

De vo-scholen moeten op 7 juni weer open en onder hoge druk moet voor de school een openingsplan worden opgesteld. Ondanks de snelheid moet daarbij wel ruimte zijn voor medezeggenschap.

Het kabinet vindt dat – onder strikte voorwaarden - de anderhalve meter afstand tussen leerlingen in het voortgezet onderwijs kan worden opgeheven. Dat levert echter besmettingsrisico’s op voor de leerlingen en het personeel. En de werkgever is volgens de Arbowet verplicht om in elke nieuwe situatie de risico’s voor de gezondheid van de werknemers te beoordelen, en over de noodzakelijke maatregelen overleg te voeren met de (P)MR (of, op een vo/mbo-school, met de OR).

De medezeggenschapsraad moet bij de verdere opening van het onderwijs op een aantal belangrijke punten letten. Zoals hoe de school gaat zorgen dat de leerlingen daadwerkelijk twee keer per week een zelftest uitvoeren, hoe de school zorgt dat de anderhalve meter afstandsregel tussen leerlingen en personeel nog wèl wordt gehandhaafd, of de ventilatie op orde is, enzovoort.

Bij de meeste maatregelen heeft zowel de PMR als de MR als geheel een instemmingsrecht. Als de (P)MR er niet van overtuigd is dat de school voldoende effectieve maatregelen neemt om de veiligheid van het personeel en de leerlingen te waarborgen, kan instemming worden onthouden.

Wanneer de school zonder openingsplan handelt, dan wel op basis van een openingsplan dat niet de instemming heeft gekregen van MR en PMR, houdt de werkgever zich niet aan de WMS. Wat als een bestuur het onderwijs verder opent zonder instemming van de (P)MR?

  • Belangrijk: doe beroep op de nietigheid: als de werkgever, zoals in bovenstaande scenario’s is weergegeven, zonder instemming een besluit neemt moet de (P)MR volgens art. 32 lid 3 WMS een beroep doen op de nietigheid van dit besluit. Dit moet schriftelijk, gericht aan het bevoegd gezag van de school. Dit moet binnen 6 weken nadat de MR op de hoogte is van het besluit, maar moet in de huidige omstandigheden meteen gebeuren.
  • Als de werkgever besluit de opening toch door te zetten, dan kan de (P)MR de LCG WMS (Landelijke Commissie voor Geschillen WMS) vragen om de werkgever te verplichten om geen handelingen uit te voeren die uit het genomen besluit volgen (art. 32 lid 4 WMS). Dat wil zeggen dat de school dus niet verder open mag.
  • Art. 35 WMS geeft de (P)MR-en het recht om de naleving van de WMS door de werkgever af te dwingen. Dat betekent dat de (P)MR de Commissie kan verzoeken om de werkgever te verplichten om een besluit ex art. 10 WMS en art. 12 WMS met voorafgaande instemming van de MR te nemen. De werkgever moet immers er alles aan doen om een veilige werkomgeving voor de werknemers te creëren.
  • De procedure hiervoor is neergelegd in het Reglement van de Commissie. Het Reglement bevat een mogelijkheid om de procedure in een aantal gevallen versneld te behandelen (art. 19).

    Voor de gang naar de geschillencommissie doet de (P)MR er altijd verstandig aan zich juridisch te laten ondersteunen. Ook als het bevoegd gezag (de werkgever) zelf een instemmingsgeschil bij de commissie aanmeldt. Neem hierover vooraf contact op met CNV Onderwijs. De vakbond kan zonodig verwijzen naar een deskundige advocaat. De kosten voor juridische ondersteuning komen voor rekening van het bevoegd gezag, onder de voorwaarde dat het bevoegd gezag hierover vooraf in kennis is gesteld (artikel 28 lid 2 WMS). Een verklaring van betreffende advocaat, met het uurtarief en eventueel -waar mogelijk- een voorlopige urenbegroting, is hiervoor afdoende.