Cao Aan de Slag is rond

Een cao voor mensen met arbeidsbeperking

Na een cao-loze periode van zeven jaar is het eindelijk zo ver. Er is eindelijk een cao Aan de Slag, voor mensen met een arbeidsbeperking die niet zelfstandig het minimumloon kunnen verdienen. Ze zijn met behulp van loonkostensubsidie in dienst bij een gemeente, een gemeenschappelijke regeling of een andere publieke organisatie belast met de uitvoering van de Participatiewet, of worden vanuit deze organisaties gedetacheerd. Het gaat om zo’n 13 duizend werknemers met een arbeidsbeperking.

Met de afspraken in de nieuwe cao Aan de slag willen partijen deze werknemers vooruit brengen in hun (persoonlijke) ontwikkeling en loopbaan door vanuit het sociaal (ontwikkel)bedrijf opleiding, begeleiding en stimulering te bieden. Die bedrijven zijn daarmee een springplank naar vast werk met een vast contract bij voorkeur bij een reguliere werkgever. De cao gaat in op 1 juli 2021 en loopt tot 31 december 2023. Cao-partijen blijven gedurende de looptijd steeds in gesprek en passen waar nodig voorwaarden aan.

Belangrijkste afspraken

Het salaris wordt aangepast aan het wettelijk minimum loon, met de indexering die daar gedurende de looptijd bijkomt. Pensioen wordt geregeld bij Stichting Pensioenfonds Werk- en (re)integratie (PWRI). Er is een terugkeergarantie in de cao opgenomen. Werknemers die overstappen naar een reguliere werkgever en daar binnen 24 maanden buiten hun schuld niet slagen hebben het recht terug te keren bij hun oude werkgever.
Naast de ontwikkeltrajecten bij de eigen werkgever wordt met Kenniscentrum en arbeidsmarkt & opleidingsfonds voor de sociale werkgelegenheid gewerkt aan de individuele ontwikkeling van de werknemer met een opleidingsprogramma.

Volwaardige plaats

Patrick Fey, voorzitter CNV Overheid: & Publieke Diensten: ‘Werknemers met een arbeidsbeperking hebben recht op een volwaardige plaats op de arbeidsmarkt. Het is voor hen belangrijk te werken met een compleet pakket aan arbeidsvoorwaarden. Dat is in deze nieuwe cao geregeld. Het is mooi om te zien dat er ook uitgebreid aandacht is voor ontwikkelingsmogelijkheden van elke werknemer, zodat die zich optimaal kan ontplooien.’