SER publiceert actieagenda voor de zorgarbeidsmarkt

SER: vergroot waardering, ruimte en betrokkenheid van zorgmedewerkers

Vandaag – op de Dag van de Verpleging – publiceert de Sociaal-Economische Raad (SER) het adviesrapport “Aan de slag voor de zorg, een actieagenda voor de zorgarbeidsmarkt”. De boodschap? Vergroot waardering, ruimte en betrokkenheid van zorgmedewerkers. De actie hiervoor moet volgens de SER komen vanuit de overheid, zorgverzekeraars, sectoren en branches, en zorgorganisaties en zorgmedewerkers zelf. Het advies wordt op 20 mei aan minister voor Medische Zorg en Sport, Tamara van Ark, aangeboden.

Waardering, ruimte en betrokkenheid

Zicht op een mooie loopbaan, ruimte voor opleiding en ontwikkeling, zeggenschap over het eigen werk én een goed salaris: het is allemaal belangrijk om voldoende, gemotiveerde en goed opgeleide zorgmedewerkers te hebben, nu en in de toekomst. Het SER-advies “Aan de slag voor de zorg, een actieagenda voor de zorgarbeidsmarkt” is duidelijk over waar de actie vandaan moet komen: de overheid, zorgverzekeraars, sectoren en branches, en zorgorganisaties en zorgmedewerkers zelf.

Een houdbare zorg vraagt om goede, gemotiveerde en voldoende gekwalificeerde medewerkers. De sleutel van dit arbeidsmarktvraagstuk is te vinden bij het vergroten van de waardering, de tevredenheid, de betrokkenheid en de productiviteit van de medewerkers in de zorg. Een goed salaris hoort daarbij. Dat is een taak voor ons allemaal: de zorgorganisatie, de sector, de overheid, de zorgverzekeraars én de zorgmedewerker zelf.

Mariëtte Hamer, voorzitter SER

Agenda met aanbevelingen

De SER heeft een agenda van vijf punten opgesteld. Daarbij geeft de SER op elk punt aanbevelingen op drie niveaus: overheid en zorgverzekeraars, sector en branches, en zorgmedewerkers en hun zorgorganisaties.

  1. Professionele ruimte: Het eerste punt is professionele ruimte van en voor medewerkers. Dit vereist investeren in vertrouwen, het heroverwegen van interne regels en kwaliteitsrichtlijnen, en het verminderen van de regeldruk. Passende zorg is het uitgangspunt, daar hoort een zorgsysteem bij dat gebaseerd is op vertrouwen in en de autonomie van zorgprofessionals.
  2. Scholing en ontwikkeling: Het tweede punt is de verbetering van mogelijkheden voor scholing, ontwikkeling en loopbaanperspectief. Zorgprofessionals moeten ruimte krijgen voor brede ontwikkeling, dus ook bijvoorbeeld persoonlijke ontwikkeling. In regionale leer- en loopbaannetwerken kan ontwikkeling buiten de eigen organisatie, zorgdomein of functie worden gestimuleerd. De overheid en zorgverzekeraars moeten dit faciliteren door geoormerkt geld vrij te maken.
  3. Behoud van medewerkers: Het derde agendapunt is aandacht voor het behoud van medewerkers. Zorgorganisaties kunnen daaraan werken door de kwaliteit van stageplekken te verbeteren. Branches en sectoren kunnen regionaal gaan samenwerken om mogelijkheden te bieden, waarmee zorgmedewerkers hun werk-privé balans beter kunnen bewaken. Van de overheid en zorgverzekeraars worden regelingen ter bekostiging gevraagd.
  4. Waardering en zeggenschap: Het vierde punt is waardering van en zeggenschap voor de medewerkers. Aan medewerkers en hun werkgevers wordt aanbevolen om de professionele betrokkenheid en waardering van kennis en ontwikkeling te vergroten. De commissie adviseert structureel extra budget beschikbaar te stellen om te investeren in de beloningen in de zorg, in het bijzonder daar waar sprake is van een achterstand ten opzichte van de markt, zodat een vergelijkbaar niveau met de marktsector kan worden gerealiseerd. De discipline van de zorgprofessional moet op het hoogste bestuurlijke niveau worden vertegenwoordigd binnen zorgorganisaties. Zodat elementen als professionele ruimte, werkdruk, zeggenschap en ontwikkeling altijd worden meegenomen in het beleid van een zorgorganisatie.
  5. Betrek zorgmedewerkers bij innovatie: Tot slot agendeert de SER de technologische en sociale innovatie. Bij de ontwikkeling van nieuwe technologie moeten zorgmedewerkers betrokken zijn om te waarborgen dat de technologie aansluit op hun werksituatie. Dat vereist ook aandacht van personeelsmanagers en bestuurders. Overheid en zorgverzekeraars moeten hierin de regie nemen, initiatieven bundelen en concrete doelstellingen formuleren.

Neem deze arbeidsmarktagenda ter hand en vraag geen nieuwe adviezen. Er is namelijk geen tekort aan goede ideeën hoe de arbeidsmarkt in de zorg verbeterd kan worden, het is de uitvoering van deze adviezen die stokt. Daarom geven we aan wie met welke acties aan de slag moet om betere randvoorwaarden te scheppen voor een betere waardering en betere scholing.

Romke van der Veen, voorzitter Ad hoc Commissie Arbeidsmarkt Zorg

Wat gebeurt er met dit advies?

Op 20 mei wordt het adviesrapport "Aan de slag voor de zorg, een actieagenda voor de zorgarbeidsmarkt" door de SER aan minister voor Medische Zorg en Sport, Tamara van Ark, aangeboden.