Gesloten wegens personeelstekort?

Waarom voeren we campagne?

Er is al een groot personeelstekort in de sectoren onderwijs, zorg, welzijn, overheid en publieke diensten. Nu dreigen deze tekorten nog verder toe te nemen. Terwijl het werk in deze sectoren door moet gaan. De sectoren zijn onmisbaar voor Nederland.

Toch komt het nu al voor dat...

• scholen een dag per week moeten sluiten, omdat er geen leraar is om les te geven;
• door bizar lange wachtlijsten in de geestelijke gezondheidszorg de hulp voor sommige cliënten te laat komt;
• gevangenisstraffen worden uitgesteld vanwege personeelstekort;
• afval niet kan worden opgehaald door tekort aan personeel;
• personeel vooral veel harder gaat rennen, om tóch bijvoorbeeld onderwijs of zorg te kunnen bieden, met uitval als gevolg.

Den Haag, laat het zover niet komen!

CNV wil de stijging van het personeelsgebrek in deze onmisbare sectoren een halt toeroepen om te voorkomen dat het nóg verder uit de hand loopt. CNV wil de kwaliteit en toegankelijkheid van de sectoren beschermen. We luiden daarom de noodklok. Zowel voor het gebrek aan personeel dat er nu al is als voor het nog hogere personeelsgebrek dat eraan komt.

Wat is nodig om het personeelstekort een halt toe te roepen?

CNV wil dat er méér gebeurt om werknemers te behouden en de werkdruk aan te pakken. Zodat het almaar stijgende personeelstekort kan worden afgeremd. Gebrek aan personeel is er al. We moeten er anders mee omgaan. We moeten met innovatieve oplossingen en manieren het werk anders organiseren. Hiervoor richten we ons op 4 oplossingen:

1. Goede begeleiding van starters en zij-instromers
   Hiermee begint het. Ga je nu als starter aan de slag in de krappe arbeidsmarkt met tekort aan personeel? Dan word je overrompeld door de werkdruk. Soms verlaten starters daardoor al binnen enkele jaren de sector. Zo verlaat 25% van de starters binnen 5 jaar het onderwijs (bron: Trendrapportage Arbeidsmarkt Leraren po, vo en mbo 2022) en stopt zo'n 30% van de startende ambtenaren binnen 3 jaar met werken voor een gemeente (bron: verdiepende analyse van ABF Research op CBS microdata, gemaakt in opdracht van AenO fonds Gemeenten). Dit moet verbeteren. Hoe? Met betere afspraken met werkgevers over startersbegeleiding met betrekking tot inwerken.
2. Het ziekteverzuim moet omlaag
   Personeelstekort leidt tot hogere werkdruk, wat leidt tot hoger ziekteverzuim en nog meer gebrek aan personeel. Deze spiraal moet worden doorbroken. Hoe? Door de werkdruk aan te pakken - zo kun je voorkomen dat mensen uitvallen - en door langdurig zieken te helpen, onder meer bij re-integratie. Ook aandacht voor duurzame inzetbaarheid per levensfase is van belang om ziekteverzuim terug te dringen. Dat kan een investering zijn op de korte termijn, maar het is nodig om de spiraal te doorbreken. Met bijvoorbeeld opleidingsruimte voor jongere werkenden en meer verlofuren voor oudere werkenden. Met beide verlaag je de fysieke en mentale overbelasting, waarmee je ziekteverzuim voorkomt, en verbeter je ook de kwaliteit van het werk.
3. Waardering en erkenning voor het vak
   Werken in bijvoorbeeld de sectoren onderwijs en zorg is een roeping voor veel mensen. Het zijn essentiële beroepen, die onmisbaar zijn in de samenleving en waarvoor veel waardering is. Maar die waardering is niet altijd goed te merken in bijvoorbeeld beloning en professionele ruimte. Er moet meer waardering en erkenning komen voor het vak. Hoe? Met professionele ruimte, een platform om best practises uit te wisselen en over de kracht van het vak in gesprek te gaan, beloning van onregelmatigheid (Z&W) en onbetaalde werkuren (Onderwijs), en meer vaste contracten om met waardering ook meer zekerheid te bieden.
4. Betere mogelijkheden voor werknemers om (door) te groeien
   De sectoren zijn ook qua doorgroeimogelijkheden minder aantrekkelijk dan bijvoorbeeld het bedrijfsleven. Met betere mogelijkheden is het aantrekkelijker om in de sectoren aan de slag te gaan en te blijven. Hoe? Met meer carrièreperspectief (in cao’s), voldoende ondersteuning én ondersteuners betalen/opleiden naar het werk dat ze doen, en loopbaanontwikkeling.