'CNV heeft ons aan het denken gezet over de overgang'

Zorgorganisatie over workshop en masterclass

'We zijn aan het denken gezet en tot nieuwe inzichten gekomen’, zegt Richard de Vlaming, manager HR-bedrijfsvoering bij Zorgwaard, een grote zorgorganisatie in de Hoeksche Waard. Hij kijkt terug op de workshops en -masterclass over de overgang van CNV en Vuurvrouw, die hij onlangs met zijn collega’s volgde. ‘Leuk, interactief en informatief’, zegt ook zijn collega van de cliëntadministratie, Marjolein Faber-Lafranca.

Bij Zorgwaard is 92 procent van de 1.400 werknemers vrouw. De helft daarvan is 45 jaar of ouder. Met name in die leeftijdscategorie is het ziekteverzuim hoog. Toen dan ook de OR, bij monde van Faber-Lafranca, vroeg om aandacht voor werknemers in de overgangsleeftijd, viel dat verzoek in vruchtbare bodem. ‘Het was niet dat ik vrouwelijke collega’s erover had gehoord en daarom aan de bel trok, ik hoorde er juist heel weinig over’, vertelt ze. ‘Vrouwen praten er onderling misschien wel over, maar naar een leidinggevende is er best een drempel, denk ik. Dat taboe wilde ik doorbreken.’ Manager HR-bedrijfsvoering De Vlaming moet toegeven: ‘Eerlijk gezegd hadden we hier niet eerder bij stil gestaan. Maar we worstelden wel met een hoog ziekteverzuim, met name in de wat oudere groep. Daarom hebben we “ja” gezegd op het voorstel van de OR om het CNV in te schakelen voor ondersteuning op dit gebied.’

Niet zeuren

Ze volgden de workshops Inzicht in de overgang voor werknemers, de masterclass Tools werk en overgang voor HR-professionals en leidinggevenden en het webinar Life events. ‘Leuk, informatief en interactief’, zegt Faber-Lafranca. De opkomst viel haar een beetje tegen, ‘maar ik denk dat de houding in de zorg ook wel is: hup, niet zeuren, schouders eronder, we lossen het onderling wel op.’ De Vlaming herkent die houding, ‘maar zorgen voor een ander begint met goed zorgen voor jezelf. Daarom vind ik het belangrijk dat onze leidinggevenden hier aandacht voor hebben en vanuit goed werkgeverschap hierover in gesprek gaan. En dan is het aan de medewerker om er al dan niet iets mee te doen.’ Bij Zorgwaard zijn ze al een tijdje bezig met dienend leiderschap. De Vlaming ziet dit als onderdeel ervan: ‘We hebben geleerd hoe we het bespreekbaar kunnen maken.’

Arbo-arts

‘We zijn hierna in gesprek gegaan met de arbo-arts’, vervolgt De Vlaming. ‘Want is hij wel toegerust voor het onderkennen van overgangsklachten? Weet hij wanneer hij door kan verwijzen naar een overgangsconsulent? Of denkt hij meteen aan een burn-out? Verder moeten we nadenken hoe we vorm gaan geven aan de aandacht voor de overgang. Het is natuurlijk maar één van de fases die aandacht vraagt: vrouwen met jonge kinderen hebben bijvoorbeeld ook hun issues.’ Faber-Lafranca vult aan: ‘We hebben in elk geval al wel gesproken over de werkkleding, dat het goed ademende stof moet zijn, geen zweterig, synthetisch spul.’ ‘En we hebben al een vitaliteitscoach’, voegt De Vlaming toe. ‘Daar kun je mee wandelen en mee praten, over life events die je aandacht vragen. Zo proberen we onze medewerkers te ondersteunen om nu en in de toekomst vitaal te blijven.’