De groeten met de groepsapp in de vrije tijd

Recht op onbereikbaarheid in steeds meer cao’s

Ook in de vrije tijd de druk voelen om op telefoontjes of berichtjes van het werk te reageren. Om werknemers tegen deze toenemende technostress te beschermen, legt CNV in steeds meer cao’s het recht op onbereikbaarheid vast. Binnenkort staat het ook in de wet, als het aan de PvdA ligt. ‘Eigenlijk vreemd dat zoiets nodig is.’

Het recht op onbereikbaarheid ontslaat medewerkers van de plicht om op een vrije dag te antwoorden op appjes, mails en belletjes van de baas of collega’s. ‘Ik herinner me nog goed dat we in 2019 voor het eerst een cao afsloten waarin de bepaling is opgenomen’, vertelt Aaldert Mellema van CNV Zorg & Welzijn. Dat ging om de cao gehandicaptenzorg, waar hij als onderhandelaar namens de bond bij betrokken was. ‘Van medewerkers ontvingen wij signalen dat zij ook buiten werktijd last hadden van werkdruk. Steeds als ze vrij waren, ging hun telefoon over en ontvingen zij berichtjes of ze konden invallen.’

Ongeschreven regel

De groepsapps, tegenwoordig gewoongoed op het werk - zeker ook in de zorg - bleken hierin een grote rol te spelen. Mellema: ‘Ze worden aangemaakt door de manager maar ook door de teamleden zelf. Het is een handige en snelle manier om informatie over het werk te delen met elkaar. Maar voor je het weet, is het eind zoek.’ Als iemand bijvoorbeeld een dienst wil ruilen, gebeurt dat via de app, zegt hij. ‘Vervolgens voelt iedereen zich verplicht te antwoorden, met als gevolg dat het helemaal los gaat. Dat gaat de hele dag maar door. Bijna niemand heeft een telefoon van de zaak in deze sector, dus ook in de vrije tijd blijven de berichtjes en vragen binnenstromen.’

Technostress

Sinds het recht op onbereikbaarheid is vastgelegd in de gehandicaptenzorg, volgden afgelopen jaren meer cao’s zoals de jeugdzorg, verpleeg- en verzorgingshuizen (VVT) en recent het rijk. Ook in de kinderopvang is de bepaling inmiddels een feit. In deze sector ervaren mensen eveneens werkstress buiten werktijd om, weet CNV Zorg & Welzijn-onderhandelaar Hans de Jong. ‘De branche kampt met een hoog ziekteverzuim en grote personeelstekorten. Medewerkers worden daardoor al snel gebeld om in te vallen. Velen van hen zijn parttimers. Zij hebben er vaak bewust voor gekozen om minder uren te werken, bijvoorbeeld omdat ze jonge kinderen hebben. Los daarvan is het werk van een pedagogisch medewerker heel intensief: de hele dag verantwoordelijk voor een groep koters, het contact met ouders, de administratieve taken en het schoonmaakwerk. Het breekt professionals op als ze dan ook in hun vrije tijd niet met rust gelaten worden. Ze worden ziek of verlaten de sector.’

Het is een cultuur geworden om altijd maar bereikbaar te zijn

.
Er bestaat vrees als a-collegiaal te worden gezien door niet te reageren op appjes.

Een verbod

Het recht op onbereikbaarheid opnemen in een cao zoals steeds vaker gebeurt, is een goede eerste stap, maar de naleving ervan is weerbarstiger, weten beide CNV-onderhandelaars. Mellema: ‘Het is een cultuur geworden binnen veel organisaties, en eigenlijk de hele maatschappij, om altijd maar bereikbaar te zijn. En een cultuur doorbreek je niet zo snel, zelfs als werkgevers welwillend zijn. Zo ken ik organisaties waar het management de appgroepen verboden heeft. Maar medewerkers blijken dan toch zelf weer een groep te beginnen.’ Waarom zij blijven reageren op telefoontjes en appjes in hun vrije tijd? Dat heeft met meerdere dingen te maken, denkt hij. ‘Bang dat ze als a-collegiaal gezien worden of als slechte professional bijvoorbeeld.’

Burn-outklachten

Om die maatschappelijke trend te doorbreken, is er inmiddels ook politieke steun voor het recht op onbereikbaarheid. De PvdA diende onlangs een voorstel in bij de Tweede Kamer om het recht vast te leggen in de wet. ‘Maar liefst 1,3 miljoen Nederlanders hebben burn-out klachten,’ zegt Gijs van Dijk, de initiatiefnemer. ‘Zij ervaren druk van het feit dat bij veel organisaties de indirecte verwachting bestaat dat mensen ook buiten werktijd klaar staan. De grens tussen werk en privé is steeds vager geworden. Terwijl het voor onze gezondheid juist heel belangrijk is dat we ons werk soms ook even kunnen loslaten,’ motiveert hij het voorstel. In andere landen zoals Frankrijk is het al langer passé om na werktijd nog te mailen, appen of bellen voor werk. Daar is in de wet bepaald dat de smartphone na werktijd uit mag.

Cultuurverandering

Een bedrijf waar het recht op onbereikbaarheid al langer gebruikelijk is, al ver voordat het in 2020 in de cao kwam, is Aegon. Bij deze verzekeraar, die bekend staat als een vooruitstrevende werkgever, was flexibel en mobiel werken bijvoorbeeld al voor de pandemie de norm. Net als duurzame inzetbaarheid, zegt Saskia van der Mei, Compensation & Benefits Lead. ‘Het bewaken van de werk-privébalans vinden wij belangrijk voor onze medewerkers. Binnen onze organisatie is de mores dan ook: als je vrij bent, mag je natúúrlijk onbereikbaar zijn.’ Een cultuur die ze zelf overigens ook niet gewend was, toen ze net bij Aegon begon, herinnert Van der Mei zich. ‘Ik had de neiging om op vrije dagen steeds mijn mail te openen en berichtjes te lezen. Voor wie doe ik dat eigenlijk?, dacht ik op een gegeven moment. Er was immers niemand die het van mij verwachtte. Het was een druk die ik mezelf oplegde vanuit gewoonte.’

Heel belangrijk om het werk soms ook even los te laten

.
Het is belangrijk dat mensen kunnen bijtanken in hun vrije tijd.

Maatschappelijk statement

Aegon acht het van belang het recht op onbereikbaarheid op te nemen in de cao ‘om te benadrukken dat het belangrijk is voor medewerkers om in een meer en meer digitale wereld op te kunnen laden’ in de vrije tijd. Van der Mei voegt er echter aan toe dat het recht op onbereikbaarheid niet wil zeggen dat er nooit buiten kantooruren wordt gewerkt. ‘Want dat gebeurt wel bij ons: omdat mensen het zelf willen of omdat het werk erom vraagt. Wij maken daar per medewerker en team goede afspraken over.’

Goed werkgeverschap

Juist die inzet op goed werkgeverschap en duurzaam werken is waar De Jong en Mellema tijdens cao-onderhandelingen hartgrondig voor pleiten bij werkgevers. ‘Een gezonde privé-werkbalans is belangrijk voor werknemers om het langdurig vol te houden. Werkgevers zouden hen daarin moeten steunen. Het voorkomt uitval, ze zijn er dus zelf ook bij gebaat. Daarom is het belangrijk de vrije tijd van professionals te respecteren en hen niet last-minute te bellen voor ziektevervanging. In plaats daarvan zouden werkgevers op een open manier het gesprek moeten aangaan met medewerkers over een onderwerp als bereikbaarheid. Gezamenlijk zoeken naar oplossingen die wel passend zijn, zoals een compensatieregeling voor standby staan voor werk.’

Acceptatie

Het in de wet vastleggen van het recht op onbereikbaarheid zal de acceptatie hopelijk verder helpen, mede omdat de maatschappelijke discussie erover dan op gang komt, denkt onderhandelaar Mellema: ‘Al blijft het vreemd dat het überhaupt moet worden verankerd in een cao of wet. Dat recht hebben mensen immers fundamenteel al. Het zou dus niet nodig moeten zijn. Maar door de hardnekkige cultuur die is ontstaan, is het dat helaas wel. Mensen moeten kunnen bijtanken in hun vrije tijd.’

Dit artikel werd eerder gepubliceerd in WNL 2 van december 2021.