‘Belang van kinderen ten onrechte ondergeschikt aan scholensluiting’

Zorgen bij Kinderombudsvrouw om welbevinden leerlingen

Kinderombudsvrouw Margrite Kalverboer is niet gelukkig met het langer dicht houden van de scholen. In een brief aan premier Rutte verzocht ze hem enkele weken terug tevergeefs de belangen van kinderen en jongeren voorop te stellen en om een herstelplan. ‘De lockdown heeft zo’n impact! Dit verergert de kansenongelijkheid.’

Vooropgesteld: ze is blij dat toch nog heel wat kinderen en jongeren om uiteenlopende redenen naar school mogen komen, maar velen van hen zitten als dit blad uitkomt al anderhalve maand thuis en het einde lijkt door de Britse variant van corona nog niet in zicht. Kalverboer: ‘Kinderen hebben recht op onderwijs. Het heeft zo’n impact. Die vormende jaren bepalen grotendeels hoe hun leven eruit gaat zien. Je ziet nu al dat de lockdown enorme invloed heeft op hun mentale en sociale gezondheid, maar ook op hun lichamelijke ontwikkeling. En dan bedoel ik niet alleen jonge kinderen, maar ook studenten op het hbo of de universiteit. Van 0 tot begin 20 (al gaat mijn mandaat tot 18 jaar) kun je eigenlijk geen fase in het onderwijs overslaan, en dat is wel wat nu gebeurt.’

VN-Kinderrechtenverdrag

Ze wijdt de rigoureuze beslissing om de scholen grotendeels te sluiten aan de vrij eenzijdige samenstelling van het Outbreak Management Team (OMT). Kalverboer: ‘De medische hoek is goed vertegenwoordigd, en dat is ook terecht, maar dat hun adviezen verreikende gevolgen hebben voor kinderen en jongeren zie ik niet voldoende terug. En daar wil ik vanaf. In het VN-Kinderrechtenverdrag staat dat bij alle besluiten die landen nemen het belang van het kind de eerste overweging is. En botst dat, dan onderzoek je eerst wat de gevolgen zijn. Dat doe je gezamenlijk en multidisciplinair vanuit verschillende invalshoeken. Dat kan bijvoorbeeld medisch zijn, sociaal-pedagogisch en psychologisch. Dat hoort er allemaal bij. En vervolgens ga je na wat de overige belangen zijn. Wordt dan een besluit genomen dat niet in het belang van het kind is, dan moet dat extra worden toegelicht. En dan kom je er als kabinet niet mee weg dat scholen dicht moeten om zo de ouders thuis te houden, zoals bij aanvang van de tweede lockdown vrij snel rondging. Tenzij de gezondheid van kinderen dramatisch gevaar loopt, dan kan ik met dat besluit leven. Ik verbaas me over het geringe gewicht van de belangen van kinderen bij deze verstrekkende beslissingen.’

Geen nuance

Dat Diederik Gommers, een van de artsen in het OMT, hardop nadenkt over het doortrekken van de lockdown voor scholen tot aan de zomer, vindt Kalverboer onverteerbaar. ‘Ik mis de nuance. Ja, wordt dan gezegd, het is een kwestie van beschaving om te kiezen voor de kwetsbaren in de samenleving. En natuurlijk snap ik dat. Ik sluit mijn ogen echt niet voor de vele slachtoffers die het coronavirus maakt. Maar heel veel kinderen en jongeren zijn óók zeer kwetsbaar. Studenten hebben heel veel mentale en concentratieproblemen en voelen zich eenzaam, waardoor ze naar de studentenpsychologen of de GGZ gaan. De wachtlijsten zijn lang. Dat vind ik een groot probleem. En niet alleen in deze groep. Ook bij middelbare scholieren maak ik me zorgen over hun ontwikkelingsperspectief, en dan vooral sociaal. Kijk, als het voor kinderen in de basisschoolleeftijd thuis niet goed gaat, is school de veilige plek. Goed daarom dat kwetsbare kinderen daar nu terecht kunnen, al is dat geen waterdichte garantie, omdat niet alle scholen open zijn. En niet alle ouders willen laten weten dat hun kinderen kwetsbaar zijn, vooral als er sprake is van geweld of andere nare dingen in de opvoeding.’

Puberteit

‘Kijk je naar middelbare scholieren, dan zitten ze in een hele andere fase van hun ontwikkeling. Tijdens de puberteit spiegel je je aan leeftijdgenoten, je hebt de contacten nodig om erachter te komen wie jij wilt zijn en wat jouw pad in het leven gaat worden. En ook voor hen geldt dat school een veilige plek is als het thuis niet veilig is. Maar ja, ze kunnen daar niet terecht op de examen- en praktijklessen na’, constateert Kalverboer. ‘Kinderen die het goed afgaat vinden dat de coronaperiode en de lockdown best wel voordelen heeft. Ze missen hun vrienden, maar zeggen leukere online contacten te hebben en zelfs meer vrije tijd, omdat ze in hun eigen tempo de leerstof kunnen doornemen en niet meer hoeven te wachten op de rest van de klas. Kinderen met wie het minder goed gaat, geven aan dat er thuis meer ruzie is. Ze geven vaker aan dat ze minder leren dan op school en hebben minder leuke online contacten. Daar zie je al een toenemende ongelijkheid.’

Kantelmomenten

Die kansenongelijkheid toont zich volgens Kalverboer vooral op kwetsbare kantelmomenten. ‘Denk aan de overgang van basis- naar voortgezet onderwijs, en van voortgezet onderwijs naar mbo, hbo en universiteit. Als dat in die voor jongeren onzekere periode niet goed gaat, is de kans groot dat een leerling afstroomt naar een lagere onderwijssoort, of komt er van studie helemaal niets meer terecht. Begrijp me goed, iedereen in het onderwijs doet wat in zijn of haar vermogen ligt, maar die onmacht door overmacht vanwege de pandemie, leidt, opgeteld bij het elkaar niet lijfelijk kunnen zien, tot gevoelens van falen en depressie. De motivatie ebt weg. Straks is de lockdown opgeheven en iedereen gevaccineerd en wordt pas goed duidelijk hoe groot de achterstanden zijn. Dan toont de kansenongelijkheid zich ten volle, omdat ouders die het kunnen betalen hun kinderen voldoende bijles hebben laten geven. Wie in een niet ondersteunende omgeving opgroeit, is, vrees ik, zwaar gedupeerd.’

Margrite Kalverboer: ‘Lockdown heeft grote invloed op de vormende jaren van kinderen en jongeren.’ (foto: Duncan Wijting)