Meer werkplezier ervaren in de jeugdzorg? ‘Stap uit de reddersrol’

Wie in de jeugdzorg werkt, zal het zich ongetwijfeld weleens afvragen: hoe houd je plezier in je job én bied je kwaliteit aan cliënten met alles wat er speelt in de sector? Toch is dat mogelijk, zelfs binnen het huidige systeem, meent Mascha Struijk, trainer bij veel jeugdhulporganisaties. Haar boodschap aan professionals: ‘Wees in de eerste plaats mens.’

‘In de jeugdzorg, maar ook in de rest van het sociaal domein, is de focus steeds meer komen te liggen op wát je doet, met welke methodes en binnen welke protocollen. Daarbij is de verbinding met de mens naar de achtergrond geraakt, terwijl de werkrelatie die je met je cliënt hebt, juist het allerbelangrijkste zou moeten zijn’, begint Mascha Struijk. ‘Ik zie dat medewerkers daardoor vastlopen in hun werk. Velen trekken het niet en verlaten de sector, een deel vlakt af en doet het werk niet meer vanuit bezieling en weer anderen bijten zich er juist te hard in vast en worden ziek.’

Lef

Struijk loopt al lang mee in de sector, vanaf 1998. Ze is van oorsprong orthopedagoog en geeft sinds tien jaar trainingen aan jeugdhulporganisaties en gemeenten. Ook schreef ze het boek Professional vanuit je Hart. ‘Ik had zelf een lastige jeugd, waardoor ik me als kind heel eenzaam heb gevoeld. Doordat er mensen op mijn pad kwamen die mij wél zagen staan en in mij geloofden, heb ik zelf ervaren dat een buitenstaander het verschil in iemands leven kan maken. Vanuit dat besef probeer ik een beweging in de jeugdhulp op gang te brengen, voor werken vanuit meer liefde en lef.’
Dat haar geluid inmiddels niet onopgemerkt is gebleven, blijkt wel uit de prijs die ze onlangs won: de BID Positivity Award 2021, in de categorie Onbekende Nederlander. Deze award, uitgereikt door Ali B, is bedoeld om mensen die bijdragen aan positieve maatschappelijke ontwikkelingen in Nederland in het zonnetje te zetten.

Werkplezier

Het is Struijk uiteraard bekend dat veel medewerkers de problemen in de jeugdzorg wijten aan het complexe stelsel en de strakke regelgeving. Ze zal de laatste zijn om daar iets aan af te doen. ‘Het staat buiten kijf dat de situatie extreem is en dat er dingen moeten veranderen in de sector. Aan de andere kant: welk systeem je ook kiest, er zullen altijd nadelen aan zitten. Als jeugdzorgwerker kun je daar niks aan veranderen. Daarom ben ik van mening dat je je moet richten op de dingen waar je wél invloed op hebt. Op die manier kun je ook je eigen werkplezier vergroten.’

Onvrij

Dat begint ermee dat je eerst goed kijkt hoe je zelf in je werk staat, zegt ze. ‘Wie ben jij als mens? Waar sta je voor? Wat zijn je drijfveren? Hoe zou jij zelf benaderd willen worden? Ik spreek regelmatig medewerkers die fris het vak instappen, maar zich na een paar maanden al niet meer vrij voelen om vanuit hun hart te handelen. Terwijl we juist professionals nodig hebben die enthousiast en creatief zijn, en samen met gezinnen en kinderen naar oplossingen zoeken voor hun situatie. Daarvoor hoeft echt niet alles op de schop. Met iets meer liefde en lef, kunnen de veranderingen al groot zijn.’

De praktijk

Hoe dat er in de praktijk uitziet? ‘Denk aan het opstellen van het zorgplan dat volgens de richtlijnen binnen zes weken voltooid moet zijn. Voor een cliënt is dat vaak veel te snel. Die heeft meer tijd nodig om te schakelen. Als jij als medewerker dan toch doordrukt, gaat dat ten koste van de relatie en zit je eigenlijk al op het verkeerde spoor. Beter in zo’n situatie is bijvoorbeeld: het plan invullen tot waar de client wél mee kan komen, en dat laten ondertekenen. Je hebt dan oog voor de menselijke maat en blijft binnen de regels. Een beetje spelenderwijs te werk gaan dus, en het systeem vóor je laten werken in plaats van omgekeerd.’

Jeugdzorg

Volgens Struijk draait het in de jeugdzorg vaak om het oplossen van problemen op de korte termijn. ‘Hulpverleners hebben al snel de neiging om in de reddersrol te schieten. Heel begrijpelijk als je ziet in wat voor omstandigheden kinderen en gezinnen soms zitten. Je zou dat zo graag anders voor ze willen. Maar jij bent slechts een passant, slechts kort betrokken, houd ik medewerkers altijd voor. Hoe gaat het straks verder als de rol van jeugdzorg is uitgespeeld? Ik denk daarom dat je cliënten meer recht doet door uit te gaan van het brede, langdurige perspectief. Dat betekent: jouw plek als hulpverlener juist klein maken. De cliënten zelf centraal stellen. Hen niet betuttelen, maar aanmoedigen dat zij zelf met ideeën komen. Vertrouwen geven. Vanuit een gelijkwaardige houding. Door je open te stellen voor hen, krijg je een ander vertrekpunt. De menselijke relatie staat voorop. Dat voelt een cliënt, en van daaruit maak je het verschil.’

Dit artikel werd eerder gepubliceerd in MijnVakbond 2 van juni 2021.

Mascha Struijk. Foto: Laura Cnossen.