‘Meer geld voor de VVT is niet de enige oplossing’

Op Prinsjesdag liet het kabinet weten een deel van de bezuinigingen te schrappen op de ouderen- en gehandicaptenzorg. Goed nieuws, want dat betekent meer ruimte voor goede arbeidsvoorwaarden. Toch zet het nog geen zoden aan de dijk.

Vrijwel binnen elke tak van de arbeidsmarkt heersen tekorten. Maar de VVT (Verpleeg- en Verzorgingshuizen en Thuiszorg) steekt er met kop en schouders bovenuit. De vraag naar ouderenzorg blijft toenemen, terwijl de hoeveelheid mensen die die zorg kunnen verlenen, afneemt. Een vraagstuk dat niet enkel op te lossen is met meer geld. Er is meer nodig om de zorg toekomstbestendig te maken.

Meer mensen verzorgen, met minder collega’s

‘De werkdruk binnen de VVT is enorm hoog’ zegt Rico Ganga (beleidsadviseur CNV Zorg & Welzijn). ‘De huidige tekorten zorgen ervoor dat mensen in de dagelijkse praktijk niet meer overeind blijven. Als je al met zo weinig mensen rondloopt op de werkvloer en je hoort dat er weer collega’s zijn uitgevallen, dan creëert dat een domino-effect.’

‘Meer mensen verzorgen met minder collega’s, heeft daarnaast invloed op de kwaliteit van het werk. Het zorgt er ook voor dat het werk minder leuk is. En dan heb ik het nog niet eens over de lage waardering die deze mensen krijgen.’

Meer inspraak voor zorgmedewerkers

Volgens Ganga moeten we aan een paar knoppen draaien, vooral aan die van de zeggenschap. Dat kan onder andere bijdragen aan het verlagen van de werkdruk. Zo zegt hij: ‘We moeten zorgmedewerkers meer regie geven. Op elke werkplek wordt anders gewerkt, waarom kan een rooster dan geen maatwerk zijn? Laat medewerkers samen nadenken hoe ze een rooster kunnen opbouwen: wat is nou de ideale invulling voor ons?’

‘Daarnaast moeten we oppassen met externe inhuur van zzp’ers. Zij horen geen voorrang te hebben op het invullen van een werkrooster. Daardoor blijven alleen onaantrekkelijke diensten over voor vaste medewerkers. Gelukkig hebben we daar nu afspraken over gemaakt in de cao VVT.’

Minder administratie in de VVT

Een andere verlichting is door goed te kijken naar de hoeveelheid administratie die medewerkers moeten doen. Ganga: ‘Administratieve handelingen slokken onnodige tijd op. Zorgprofessionals weten zelf echt wel wat ze goed moeten registreren en wat overdraagbaar is.’

‘Er is nu veel administratie nodig om überhaupt de juiste financiering te krijgen voor de verleende zorg. Geef zorgprofessionals zelf die zeggenschap. Overigens vraagt dat ook een grotere systeemkracht. We moeten kritisch kijken naar het financieringssysteem. Het huidige systeem is gebouwd op controle en wantrouwen. Dat moet echt anders.’

Technologische behoeften

Er zijn meer actoren die een stap kunnen zetten. Ganga vindt het verstandig dat zorgorganisaties goed kijken naar hun technologische behoefte en dit ook uiten. Dit zorgt voor een verschuiving van een aanbodgerichte aanpak naar behoeftegerichte aanpak:

‘Technologie-ontwikkelaars moeten inzien dat ze niet zomaar iets moeten aanbieden waarvan ze denken dat het helpt. Het gat tussen innovaties op papier en de implementatie in de praktijk, is nog te groot. Daarom moeten ze inzien dat ze technologie juist moeten ontwikkelen op de behoefte die er heerst.’

Mantelzorg in alle cao’s

Volgens Ganga moet er een maatschappelijke dialoog aangejaagd worden over hoe we in de toekomst omgaan met de ouderenzorg. Bestuurder CNV Zorg & Welzijn Jorick de Bruin is het hiermee eens. ‘De politiek moet het uitleggen, de samenleving moet het opvangen’ stelt hij. De Bruin geeft mantelzorg als voorbeeld. Zo stelt hij: ‘De politiek moet knopen doorhakken op welk niveau wij als land zorg bieden.’

‘Het geeft bijvoorbeeld verlichting om mantelzorg niet vanuit de professionele zorg te benaderen. Deels gebeurt dat nu al. Mantelzorg verdient een goede plek in alle cao’s. Niet iedereen kan namelijk zomaar zeggen: ik ga nu een dag minder werken om iemand te verzorgen. Het is daarom essentieel dat de politiek beslissingen neemt.’

Wat verwachten we van de zorg?

Het antwoord ligt volgens De Bruin ook deels in de samenleving: ‘Met z’n allen moeten we kijken wat we van de zorg verwachten. En ook: hoe kunnen we de omgeving zo inrichten dat ouderen daadwerkelijk langer thuis kunnen wonen? De leeftijdsverhouding in onze samenleving verschuift.’

‘Er zullen steeds meer ouderen aanwezig zijn in de buitenruimtes. Daar moeten we rekening mee houden qua toegankelijkheid en bouwplannen. Vaak zijn projecten specifiek gericht op jongeren, verslaafden of mensen die in armoede leven. Maar ouderen horen hier ook bij.’

‘Het vraagt een intensieve samenwerking met de welzijnssector. Deze sector heeft veel kennis in het opbouwen van krachtige, inclusieve buurten. De politiek moet dit gesprek aanjagen.’

De zorg heeft een probleem

Het vraagstuk heeft dus niet alleen te maken met het terugdraaien van bezuinigingen. Het is veel complexer en groter. De huidige zorgstructuur verdient een kritische blik, want niet alleen de VVT heeft een probleem. Toch is de eerste stap volgens beide heren om werken in de zorg aantrekkelijk te houden.

De Bruin: ‘Er moet meer aandacht zijn voor onregelmatige tijden en de inhoud van het werk. Er is in het verleden te vaak geroepen dat zorgmedewerkers vanuit hun ‘grote zorghart’ en passie werken. De beloning blijft achter.’

‘Veel mensen uit de thuiszorg zitten financieel aan de onderkant van de arbeidsmarkt, de klappen vallen hier het hardst. Dat geeft een hoop stress. Je kunt nog zo’n groot zorghart hebben, maar als je daar financieel én mentaal voor wordt gestraft, dan begrijp ik dat je overstapt naar een andere sector. Dit moeten we écht voorkomen.’